ProTeam Nikolas Maes en Annelies Dom over hun eerste maanden als sportdirecteur bij Lotto Soudal

Een dubbelinterview over het reilen en zeilen binnen de wielerkaravaan.
Algemeen 01 april 2021

Aan het eind van vorig jaar zetten ze beiden een punt achter hun carrière als professioneel wielrenner, maar meteen stortten ze zich in een nieuwe uitdaging. Nikolas Maes sloot zich aan bij het ploegleidersgild van het Lotto Soudal-WorldTeam, Annelies Dom werd ploegleidster bij de Lotto Soudal Ladies. Beide sportdirecteurs vertellen over hun eerste maanden in de nieuwe job, het reilen en zeilen binnen de wielerkaravaan en hun ultieme droom.

Annelies en Nikolas, hoe was het om voor de eerste keer aan het stuur van de volgwagen te zitten?

“Vooraleer ik mijn definitieve vergunning als ploegleidster zou krijgen, moest ik eerst gedurende vijf wedstrijddagen in België in de volgwagen zitten met een ervaren sportdirecteur naast mij”, vertelt Annelies Dom. “In het begin was het wel heel hectisch, want je moet op de weg letten maar er is ondertussen veel gaande als je in de auto zit. De jury geeft de wedstrijdsituatie mee, de rensters spreken tegen jou via de radiocommunicatie of je hoort ze onderling praten, er wordt gesproken in de volgwagen, je volgt het parcours mee op om de nodige info door te geven,…”

“De Tour de la Provence was mijn eerste opdracht als sportdirecteur”, begint Nikolas Maes. “Ik moet toegeven dat er toch een gezonde portie stress aanwezig was, maar ik had er vooral ongelooflijk veel zin in. Gelukkig ken ik het reilen en zeilen binnen het peloton vanuit rennersperspectief, wat mijn debuut net iets eenvoudiger maakte. Collega-sportdirecteur Maxime Monfort was een ideale begeleider en heeft me toen al enkele kneepjes van het vak aangeleerd.”

Annelies Dom: “Mijn eerste koers als ploegleidster was de Omloop Het Nieuwsblad en verliep niet meteen zonder slag of stoot… Bij het invoegen in de karavaan moest een andere ploegauto plots remmen. Gelukkig kon ik tijdig stoppen zonder de auto te raken, maar de volgwagen achter mij kon dat niet en er volgde een lichte aanrijding. Gelukkig zonder veel schade, maar het was dus al meteen een bewogen debuut.”

Waarom wilde je precies sportdirecteur worden?

Annelies Dom: “Ik wilde graag een job in de sport en het is fantastisch om mijn ervaring als renster te kunnen delen. Het is een job met variatie. Er is een uitgebreid takenpakket, je komt met veel mensen in contact en er zijn voortdurend andere situaties om aan te pakken. En dat vergt ook analytisch vermogen. Het is een job waar ik mijn eigenheid in kwijt kan. Dit was een kans die ik met beide handen wilde grijpen.”

Nikolas Maes: “Vorig jaar, mede door de lockdown, begon ik meer en meer na te denken over het leven na mijn actieve rennerscarrière. Het wielrennen is een rode draad doorheen mijn leven en zoiets wil je ook niet bruusk opgeven natuurlijk. Daarom leek me het fijn om van een carrière als sportdirecteur te proeven en te weten te komen wat het precies inhoudt. Momenteel ligt de focus vooral op de Vlaamse klassiekers en de ploeg geeft me het volledige vertrouwen, wat heel fijn is.”

(Lees verder onder de foto.)

Zijn er al bepaalde zaken gepasseerd waarvan je je niet bewust was als renner/renster?

Nikolas Maes hoeft niet lang na te denken en zegt meteen: “Ja, heel veel zelfs. Ik durf zelfs te zeggen dat ik tijdens mijn actieve rennerscarrière maar de helft zag van wat de taken van een sportdirecteur precies inhouden. Ik wist dat een sportdirecteur aan het stuur zat van de wagen en de teammeeting gaf, veel meer niet. Maar er komt echt veel meer bij kijken dan je zou denken; je bent van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat in de weer. Het zit hem niet zozeer in de zware fysieke arbeid, maar vooral het vele denkwerk en plannen.”

Ook Annelies Dom beaamt dit: “Er kruipt enorm veel tijd en werk in de voorbereiding op een wedstrijd en dat zie je niet als renster, het lijkt iets van twee keer niets. Er komt echter veel bij kijken. Ik bekijk het parcours vooraf tot in detail met behulp van Veloviewer. Waar zijn de wegen smal? Waar zijn er obstakels? Die punten markeer ik. Daarnaast zijn er natuurlijk de hellingen en kasseistroken die aangeduid worden. Op basis van die parcoursanalyse maak ik een powerpoint die ik tijdens de briefing voor de wedstrijd met de rensters overloop. Daarbij bespreken we naast de tactiek ook de lessen die we uit vorige wedstrijden kunnen trekken en de werkpunten die er zijn. Want ik wil niet elke koers afzonderlijk benaderen, het is een continu proces waarin we zitten.”

Wat voor een type sportdirecteur wil jij zijn?

Annelies Dom: “Ik wil een nauw contact houden met de rensters en veel met hen communiceren. Ik hoop dat ze zich ondersteund voelen en daardoor gemotiveerd zijn en zo het beste van zichzelf zullen geven.”

Nikolas Maes: “Vooral het type dat ik als renner zelf graag heb gehad. Het is moeilijk te omvatten in één zin. Maar bij iedere beslissing die ik neem, stel ik mezelf de vraag: hoe had ik het zelf graag gehad toen ik nog renner was? Zo kom je al enorm ver. Als renner was ik vaak realistisch, maar tegelijk ook kritisch. Die ingesteldheid gebruik ik nu ook bij mijn taak als sportdirecteur.”

Wat is het beste advies dat je als renner/renster ooit kreeg van een sportdirecteur?

“Er zijn wel enkele sportdirecteurs waar ik als renner naar opkeek”, zegt Nikolas Maes. “Ik probeer een stukje van hun denkwijze toe te passen in mijn job. Maar één concreet advies is er niet. Het gaat hem mij vooral om het volledige pakket. Wanneer je als renner vertrouwen hebt in een sportdirecteur, word je ook automatisch beter.”

Annelies Dom Wat mij enorm motiveerde was toen Liesbet De Vocht, die ook nog met mij in het peloton gereden heeft, zei: “Jij weet niet half hoe sterk je met de fiets kan rijden en wat je doet voor de ploeg.” Zo een positieve boodschap werkt heel motiverend en je voelt je geapprecieerd, dat geeft vleugels.”

(Lees verder onder de foto.)

Wat zijn de ambities voor 2021?

“We hebben geen vlotte start gekend, maar ik vind het interessant om met die werkpunten aan de slag te gaan”, zegt Annelies Dom. “Het doet deugd als je vooruitgang ziet. Ik weet dat we sterke rensters in onze ploeg hebben, maar ze hebben nood aan zelfvertrouwen en moeten snel een beslissing durven nemen. En dat is herkenbaar voor mij. Samen gaan we hieraan werken. Als we aan het einde van dit seizoen merken dat we een positieve evolutie hebben doorgemaakt, dan zullen we dit eerste jaar in de nieuwe structuur kunnen afsluiten met een tevreden gevoel.”

Nikolas Maes gaat verder: “We hebben een zeer goede en talentvolle ploeg, dus moeten we gezonde ambities koesteren. Uiteindelijk zijn het wel steeds de renners die de prestaties moeten leveren. Als sportdirecteur probeer je hen zo goed mogelijk voor te bereiden richting de wedstrijden. Maar het is een illusie om te denken dat een sportdirecteur het verschil kan maken tussen een middelmatig team en een topploeg. Wat wel cruciaal is, dat je je renners zo goed mogelijk met raad en daad bijstaat. Persoonlijk heb ik de ambitie om me verder te ontwikkelen als sportdirecteur, maar ik plak er geen specifieke uitspraken op.”

Wat is jouw ultieme droom om als ploegleider te ervaren?

“De focus ligt bij mij vooral op de Vlaamse klassiekers, iets waarin de ploeg me ook het volle vertrouwen schenkt. Een voorjaarsklassieker winnen is natuurlijk de grote droom. Met mijn voorhistorie als klassiek renner is de Ronde van Vlaanderen of Parijs-Roubaix natuurlijk het ultieme. Het maakt dan zelfs nog niet uit welke van de twee”, zegt Nikolas Maes met een knipoog.

Annelies Dom: “Gewoon een wedstrijd winnen, ik wil nog niet meteen te groots dromen. Toen Jesse Vandenbulcke in de Omloop van de Westhoek in de vlucht zat en meestreed voor een podiumplaats, was ik al zenuwachtig. Stel dat je de koers wint met één van je rensters, dat moet echt kicken zijn.”

Tot slot, heb je nog tijd om zelf te sporten?

Annelies Dom: “Ik heb nog weinig tijd om zelf te sporten. Ik heb last van mijn rug en het lukt niet om een halfuurtje of uurtje te gaan joggen. Om te fietsen heb je dan weer meer tijd nodig… Jammer, want ik heb sport doorgaans nodig om tot rust te komen.”

Ook Nikolas Maes heeft nog maar heel weinig tijd om zelf te sporten. “Momenteel ontbreekt het me wat aan tijd, maar graag zou ik de draad opnieuw oppikken na het voorjaar. Sowieso fiets ik nog steeds graag en ik zou ook het tennis een kans willen geven. Maar momenteel wordt het merendeel van mijn tijd opgeslokt door de voorjaarsklassiekers. Van nature zal ik steeds een competitief persoon blijven, maar ik voel geen drang meer om me te bewijzen. Nu is het de bedoeling om me te meten met de andere sportdirecteurs”, besluit Nikolas Maes.

Foto's: Facepeeters.